Vertalingen ir subiendo ES>NL
ir subiendo (ww.) | beklimmen (ww.) ; klimmen (ww.) ; omhoog gaan (ww.) ; omhoogklimmen (ww.) ; omhoogstijgen (ww.) ; opklauteren (ww.) ; opklimmen (ww.) ; stijgen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `ir subiendo`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: ascenderES: escalarES: subir aES: subir escalandoES: trepar en